7 november 2004 - 32e zondag in het jaar
Thema van de nevendienst : De hemel
Lezingen (liturgie) : Lucas 20, 27-38; verhaal
van de vrouw die achtereenvolgens met 7 broers trouwde
SAMENVATTING
:
We denken
na over de hemel; wat is de hemel, hoe moeten wij ons de hemel
voorstellen ? Wat moeten wij doen om “in de hemel te geraken”.
Bestaat de hemel op aarde, en wat kunnen wij doen om daaraan
mee te helpen.
KRUISTEKEN :
VERWELKOMING :
Periode
van Herfst Allerheiligen, Allerzielen; Wij herdenken onze
doden, voelen ons met hen verbonden. Bezochten het kerkhof
… Wij geloven in het leven na de dood. Waar zijn onze overledenen
nu ? We geloven dat ze in de hemel zijn. Hoe kunnen we dat
voorstellen ?
EVANGELIE (tekst uit “Waar woont God ? en 100 andere
geloofsvragen) :
Hoe moet ik mij de hemel voorstellen ?
Niemand kan je dat vertellen ! Want nog nooit is er iemand
teruggekeerd om te zeggen wat hij of zij gezien heeft. Weten
we er dan niets over ? Toch wel ! In het evangelie spreekt
Jezus vaak over de hemel. Hij noemt dat dan wel “het koninkrijk
van God” of “het rijk der hemelen”, maar eigenlijk komt dat
op hetzelfde neer.
Neem nu de zaligsprekingen in het vijfde hoofdstuk van Matteus.
Jezus prijst daarin onder anderen de armen en de barmhartigen
gelukkig, omdat Hij er zeker van is dat zij later in de hemel
zullen komen. “Wie zuiver is van hart, zal op dat moment
God zien” zegt Jezus . En wie nu treurt en verdrietig is,
zal dan door God getroost worden.
En dat voor Jezus de hemel heel belangrijk is, blijkt iets
verderop in het evangelie. Hij vertelt dat de hemel lijkt
op een schat, verborgen in een akker. Op het moment dat iemand
die schat vindt, verkoopt hij alles wat hij heeft, om die
akker te kunnen kopen. Zou jij dat ook doen ?
Uitwerking en bespreking met de kinderen
Wat
is de hemel ? Is de hemel een plaats ? Waar is de hemel ?
Hoe stellen we ons de hemel voor ? Is de hemel iets voor later
of ook al voor nu.
Bestaat
de hemel op aarde, hoe kunnen we hier wat aan werken ?
Wat zegt Jezus over de hemel ?
De hemel is daar waar wij God ontmoeten en bij Hem zijn.
Dit gebeurt overal waar wij liefde, vreugde en geluk schenken
en ervaren, bv thuis, in het gezin, … De hemel, het laatste
en volkomen geluk, is er nog niet helemaal. Maar wij kunnen
de hemel al een beetje laten open gaan.
Kunnen we een wegenkaart tekenen, of wegwijzers om dichter
bij de hemel te geraken .
Wat de kinderen zoal vermeldden : goed doen, elkaar verdragen,
bidden, delen, respect, niet oordelen, luisteren naar elkaar,
helpen.
ACTIVITEIT MET DE KINDEREN :
Op
een grote landkaart tekenen we de “wegen” naar de hemel; deze
landkaart wordt bij de offerstoet aan het altaardoek gehangen
Op “wolkjes” schrijft elk kind een “intentie”, hoe hij/zij
zal meewerken aan een hemel op aard
Kinderen zingen samen het onze vader, rond het altaar;
daarna, brengen de kinderen de vredeswens naar alle mensen
en delen zij hun wolkje met iemand “onbekend” in de kerk.
SAMENVATTING NA DE COMMUNIE :
Vandaag
hebben we in de nevendienst nagedacht over de hemel. We vroegen
ons af hoe we ons de hemel moeten voorstellen, of de hemel
een plaats is, iets voor later of voor nu, of de hemel op
aarde bestaat ? We dachten na over hoe we nu reeds kunnen
meewerken aan de hemel (hier op aarde). De kinderen hebben
dit neergeschreven op wolkjes (uitgedeeld in de kerk) en we
hebben een routeplanner gemaakt met wegen die (vanuit FF)
leiden naar de hemel.
REKWISIETEN :
Wolkjes
uitgeprint op papier, waar de kinderen hun intenties kunnen
uitschrijven
Schatkaart (formaat A3) - Scharen – stylos – kleurpotloden
BRONNEN
Al
de dagen van ons leven - Averbode
Huppelhoek 775 – Kerk & Leven – 3 november 2004
“Waar woont God ? en 100 andere geloofsvragen - Averbode
|