19 juni 2005 – 12e zondag : Matteus
10, 26–33
“Wees niet bang”
Frank Cuypers
Intredelied : 521- In laatste van de dagen
Inleiding + gebed
Wij weten ons samen in de naam van de Vader en de Zoon en
de Heilige Geest.
Welkom, het is altijd fijn hier, op een mooie zondagmorgen,
op de drempel van de zomer en in een fris gekuiste kapel,
samen te komen.
… en niemand schrikt meer wakker in de nacht, niemand vreest
nog voor een nieuwe morgen …
(uit lied 521)
We hebben het zonet gezongen, en het is in deze examenperiode
voor vele studenten, en wellicht ook vele ouders, mogelijk
een diepe wens is. Maar het gaat vandaag niet alleen om studenten
en examenvrees; heel dikwijls merk je hoe de maatschappij
gebukt gaat onder of beheerst wordt door angst.
Schrik, vrees of angst, het is een oneindig scala, van schrik
in het donker, de vrees voor extreem rechts of terrorisme,
tot angst dat misschien uiteindelijk heel mijn bestaan verloren
zal gaan.
Er is misschien vrees voor de Islam en verschillende vormen
van fundamentalisme, vrees voor de gevolgen van vergrijzing
en verkleuring, vrees om ons werk te verliezen, vrees dat
onze kinderen iets zal overkomen, vrees voor de opwarming
van de aarde, de vrees tekort te schieten in wat we doen …
In een eerste menselijke reactie laten we ons “voor alle zekerheid”
verzekeren voor de meest uiteenlopende dingen, en zo vlak
voor de vakantie nemen we er wellicht ook nog een reisbijstandsverzekering
bij.
Angst is ook een dankbare inspiratiebron voor heelwat filosofen
en kunstenaars. Denken we maar aan Heidegger, of aan het
schilderij “De schreeuw” van Edvard Munch. Men is er nog
altijd naar op zoek, en hopelijk waren de eigenaars voldoende
verzekerd.
Openingsgebed : In het begin van deze viering kunnen
wij bidden :
God onze Vader,
In onze angst en in onze zorgen
laat Gij uw Rijk van liefde doorbreken :
wij vertrouwen ons toe aan uw liefde.
In ons leed en in onze pijn
blijft Gij ons ten diepste ons nabij :
wij vertrouwen ons toe aan uw liefde.
In onze kwetsbaarheid en zonden
zijt Gij groter dan ons mensenhart :
wij vertrouwen ons toe aan uw liefde.
Evangelie
We lezen vandaag uit het evangelie van Matteus, meer
bepaald uit de Zendingsrede. In de zendingsrede worden de
leerlingen opgeroepen om op pad te gaan om Zijn woord te verkondigen.
Dat riep bij hen, in hun tijd en hun maatschappij, wellicht
heel wat angsten op, angsten die voor ons zeer herkenbaar
zijn, denken we maar aan de voorbeelden van daarnet. Maar
in het evangelie van vandaag opent Jezus voor ons 2 horizonten
om met deze angsten om te gaan.
Lezing: Evangelie : Mt 10, 26 – 33
Lied : Lied : 601 – Zoals ikzelf gezonden ben
Homilie
Op tal van plaatsen in het evangelie (zo’n twintigtal – voor
de statistici) vinden we de boodschap : vrees niet, wees niet
bang.
Trek elke dag de wereld in, onbevreesd en met een open geest,
ieder in zijn concrete situatie, en vreest niet om daarbij
de boodschap te verkondigen – de zending die ook wij, zoals
de Apostelen vorige week, meekregen. En we weten ons daarbij
gesterkt door de goddelijke kracht van de Vader, de Zoon en
de Geest.
De eerste horizon die Jezus hierbij opent, is een horizon
van diep vertrouwen en van een diepe eenheid met God. Vandaag
gebruikt Jezus daarbij het voorbeeld van de mussen, waarvan
er niet één, buiten Zijn wil, op de grond zal vallen.
Het leven van elke dag gaat dikwijls vele verschillende richtingen
uit, zoals een in een muziekstuk een compositie bestaat uit
vele verschillende variaties. Maar er is een achtergrondmelodie
die aanhoudt in alle variaties van deze compositie. En dat
is de zekerheid van altijd in God te mogen zijn. Wat er ook
in een mensenleven kan gebeuren, hoe groot onze angsten ook
kunnen zijn, wanhoop wordt het niet, om God God is.
”Zoek het Rijk Gods … oriënteer je leven op het Rijk … en
al de rest wordt je erbij gegeven”. Het Rijk Gods is de ontplooiing
van Gods liefde in onze geschiedenis. Aan deze liefde mogen
wij ons toevertrouwen, helemaal.
Het is echter niet alleen rozengeur en maneschijn. Hernemen
we even een passage uit het evangelie : “vreest veeleer
Hem die én ziel én lichaam in het verderf kan storten in de
hel”.
Jezus laat ook uitschijnen dat er heelwat is dat ons wel ten
diepste kan verontrusten. Er zijn namelijk machten aan het
werk die mij uit mijn diepste levenswortels los kunnen rukken.
Dit hoeft niet te leiden tot een verlammende angst, maar Jezus
roept ons wel op, op onze hoede te zijn.
Jezus roept ons op ons geloof in God in de gaten te houden,
want er liggen kapers op de kust. En het kan ons concreet
verontrusten hoe het er in onze cultuur aan toe gaat.
Kijken we maar naar de maatschappij rondom ons : hoe de maatschappij
zelf in een steeds snellere spiraal van illusie zichzelf probeert
wijs te maken dat alles maakbaar is, en de mens al zijn voldoening
kan vinden met enkel uiterlijkheid. In zo een wereld, die
enkel op zichzelf draait worden vedetten goden die aanbeden
worden, voetbal wordt religie, ontspanning kan niet meer zonder
drugs en vandalisme, bezitsdrang ontaardt in machtsdrang,
humor wordt bijtend cynisme, seksualiteit wordt pure machtsbeleving,
mensen worden zelf een speelbal van elkaars jacht naar winst.
We zien ook de krachten die onze jeugd in de ban proberen
te krijgen. Hoe moeilijk blijkt het om onze waarden, onze
diepste overtuigingen op onze jeugd over te brengen ! Sociale
druk en subtiel verpakte commercie halen vaak de bovenhand.
En we voelen de gevaren die ieder van ons individueel bedreigen
: de wereld die ons in zijn macht probeert te krijgen; de
druk om mee te draaien met winstbelangen van onze onderneming;
de verlokkingen van aanzien, status en luxe; de neiging om
mee te praten met de rest; of het gevaar opgeslorpt te worden
door de drukte van de dagelijkse bezigheden, dikwijls ten
dienste van onze dierbaren, … maar waardoor wij uiteindelijk
onszelf verliezen en van onze diepste wortels losgerukt raken.
Het is voor al deze gevaren dat Jezus ons wil waarschuwen
: wees op uw hoede.
Gelukkig bestaan er remedies, voor de maatschappij, voor onze
jeugd, en voor onszelf. Uiteraard vragen ze geloof, inzet,
en de Geest die waait waar Hij wil.
Ik haalde daarnet enkele voorbeelden aan uit de maatschappij,
die ik toch wel verontrustend vind. Welnu, ik vind hierin
een eerste uitdaging om op in te gaan, en dat is het levend
houden van de gemeenschap hier in Filosofenfontein. Het is
één van de grote uitdagingen waar we voor staan. De viering
die Paulette twee weken geleden, ging hier zeer concreet op
in.
Hoe belangrijk is het om hier als gemeenschap te blijven samenkomen,
elkaar te blijven inspireren, steeds zoekend naar een nieuwe
dynamiek, om dan, van hieruit, de wereld in te trekken. Wij
weten ons daarbij gedragen door elkaar, en kunnen in de wereld
“zout en licht” zijn en in die wereld een kritische noot
blijven uitbrengen.
We zagen ook hoe onze jongeren in deze dagen zoeken en gemakkelijk
kunnen verdwalen. Laten wij ook onze jongeren niet loslaten.
Wij kunnen hen niet tot geloof dwingen, en wij kunnen hen
niet afschermen van de wereld van vandaag. Maar we kunnen
hen wel blijven spreken over onze waarden, onze waarden voorleven.
We moeten ook als gemeenschap blijven zoeken naar manieren
om hen actief te betrekken bij de vieringen.
Heel concreet willen als aanvulling op de nevendiensten, voor
onze vormelingen een aanbod uitwerken, dat inspeelt op de
vragen en verwachtingen eigen aan hun leeftijd, maar waarbij
ze tegelijk verbonden blijft met onze gemeenschap.
Het is niet altijd mogelijk de rijkdom van wat de kinderen
tijdens de nevendiensten met elkaar delen hier in de korte
samenvatting aan bod te laten komen, maar ik zou het letterlijk
een “dood-zonde” vinden als we deze rijkdom in onze kinderen
verloren laten gaan aan de wereld. Voor we het weten zijn
ze een levende prooi voor de leegte van de maatschappij.
En tenslotte, tenslotte de gevaren die ieder van ons bedreigen.
De kwaliteiten die ons als mens uniek maken, zijn ons zelfbewustzijn,
ons voorstellingsvermogen, ons geweten, en onze vrije wil.
Wij kunnen handelen op basis van ons zelfbewustzijn, onafhankelijk
van allerlei invloeden van buiten af. Deze ultieme menselijke
vrijheid, is iets wat niemand ons kan afnemen. Wij kunnen
deze vrijheid gebruiken om ons van God af te keren, of juist
omgekeerd, ons heel bewust aan de liefde van de Vader toe
te vertrouwen. Een Vader die ons de zeven gaven van de Geest
schenkt. Een Vader die ons geroepen heeft om vrije mensen
te zijn. Mensen die leven naar de Geest en met de Geest.
En waarin wij de kracht kunnen vinden om boven alle angsten
uit te stijgen.
En om nog even terug te komen op de verzekeringen van in het
begin : bij God zijn we omnium verzekerd, zonder voorwaarden
en zonder beperkingen. En uiteindelijk zullen we zelfs ook
delen in de winst.
Amen.
Muziek : Fürchte dich nicht (Bach – Motetten – BWV228)
Offerande
Groot dankgebed : 143 – Verschenen is de mildheid van
onze God
Onze Vader + vredeswens
Communie – muziek (Laudate Dominum)
Communielied : 519 – God die ons heeft voorzien
Gebed
Ik heb nog een vraag voor de kinderen. De teksten vandaag
waren misschien nogal moeilijk.
Het ging vooral over bang zijn of niet bang zijn. Zijn jullie
soms bang ? Voor het donker, voor het rapport misschien ?
Welnu, Jezus zegt ons dat we niet bang moeten zijn, maar altijd
mogen vertrouwen dat de dingen wel goed komen.
En Vincent zal ons hier een mooi gebedje over lezen.
’k Stel mijn vertrouwen
op Jou, Heer mijn God,
want in jouw hand
ligt heel mijn leven.
Ik heb Je lief,
je vrede woont in mij.
’k Zie naar je op en weet :
Jij bent mij altijd nabij
|