7-8 april 2012: Paasviering
            Marcel Braekers 
            Openingszang 319: "Woestijnlied" 
               
              ("Gij die ons hebt gezocht, geroepen naar U toe") 
            Begroeting 
            Volgens de Palestijnse 
              Targum zijn er 4 belangrijke nachten: de nacht van de schepping, 
              de nacht waarin Abraham door God werd geroepen, de nacht van de 
              Uittocht en de nacht dat de Messias zal komen. Vier grote heilsmomenten 
              in de geschiedenis van God met zijn volk, die ook in de lezingen 
              tijdens deze Paasnacht aan bod zullen komen. Voor ons christenen 
              echter met dit éne, belangrijke verschil: dat wij de komst 
              van die Messias verwachten maar ook herdenken in de persoon van 
              Jezus van Nazareth.  
              In de Paasnacht gedenken we niet alleen zijn leven en sterven voor 
              ons, maar ook dat God zelf dit leven heeft bevestigd als ontrukt 
              aan de dood en als toekomst voor wie in Hem gelooft. In de Paasnacht 
              worden we door de symbolen van water en vuur getransformeerd tot 
              nieuwe mensen en opgenomen in diezelfde onverwoestbare liefde waarin 
              ook Jezus leefde.  
            De eerste 
              nacht: van chaos naar schepping  het element aarde 
              Duisternis lag over de oervloed, maar Gods geest zweefde over 
              het water zo staat in het boek van de schepping. In tegenstelling 
              tot wat de creationisten denken was voor de Israëlieten de 
              zee eeuwig. Vandaar dat voor hen de schepping begint op het ogenblik 
              dat God aan die zee land ontrukt, en na het land, de lucht en vervolgens 
              dieren aangepast aan elk milieu. Zo ontstaat orde in de chaos. Scheppen 
              betekende voor hen ordenen of harmonie vinden. In deze 
              eerste nacht staat het element aarde centraal. Door 
              Gods scheppende kracht wordt zij tot een woonplaats waar al levend 
              en zorgend het heilige zich toont in het alledaagse. 
              - Lezing: Genesis 1,1 - 2,4  
              - Lied 570: "Gezegend die de wereld schept" 
            De tweede 
              nacht: God roept Abraham  het element lucht 
              Abraham wordt weggeroepen, weg uit zijn land, weg uit zijn clan 
              en familie, weg uit zijn vertrouwde religie met de huisgoden. De 
              echte godservaring begint waar de mens afstand doet van alles wat 
              hem werd geleerd en wat hij meende te weten over zijn God. Kijkend 
              naar de oneindige sterrenhemel en gegrepen door de overweldigende 
              grootheid van de lucht beseft Abraham dat er een andere werkelijkheid 
              is, een ander leven en een andere God. Onkenbaar en ongrijpbaar, 
              enkel maar aanwezigheid en geschenk. Naar die God is hij op zoek 
              gegaan. 
              - Lezing 
              - Lied 535: "Hij die woont in eeuwig licht" 
            De derde nacht: bevrijd uit 
              slavernij  het element water 
              De Uittocht werd het 
              mythische verhaal voor Israël en voor elke nieuwe generatie. 
              Omdat Jahwe God had gezegd dat Hij er voor hen zou zijn, durfde 
              het volk de stap naar bevrijding zetten. Plots was er die innerlijke 
              kracht, het geloof in een beloofde toekomst, een leider die hen 
              aanspoorde. Toen zijn ze gegaan: zij het uitverkoren volk, maar 
              ieder volk moet durven geloven dat onze God een God van bevrijding 
              is. Ik zal er zijn, Ik heb het geschrei gehoord.  
              - Lezing 
              - Lied 582: "Hoe ver te gaan" 
             Zegening van het water 
             
              Allen: Water dat mijn 
                dorst lest 
                tegenstroom die mij beangstigt 
                water dat mij draagt naar Jouw overkant, 
                zee van uw oneindige horizon. 
                Was mij, maak mij schoon, 
                zuiver mij van kwaad en zonde, 
                laat mij drinken aan uw bron. 
                 
                Priester: Zegen, God, (+) dit water van uw schepping 
                waardoor uw volk naar de vrijheid trok 
                en waarin Jezus werd gedoopt, bezield door uw Geest. 
                Mochten wij die ons tekenen met dit water  
                volstromen van U en van elkaar 
                En zo een nieuwe schepping beginnen. 
             
            De vierde 
              nacht: Gods trouw over de dood  het element vuur 
              Stel je voor: een God, die wil dat mensen kunnen wonen, die hen 
              roept zich van allerlei slavernij en onderdrukking te ontdoen, een 
              God die zich niet laat grijpen, ook niet begrijpen, die de geheel 
              Andere is en daarom de anders nabije, die heel zijn liefde in Jezus 
              van Nazareth had uitgegoten, zou zon God aan de kant blijven 
              staan als Jezus leven in het niets dreigde te vallen? Neen, 
              die God stelde een daad van bevrijding zoals de mens nooit had vermoed. 
              In het element vuur gaan we doorheen de laatste loutering. In 
              uw licht zien wij het Licht. 
            Gebed  
             
              Van het opgaan der zon tot haar 
                ondergaan: 
                Gezegend zij uw Naam, bron van licht en leven. 
                U bent het licht, het donker is voor U geen duisternis. 
                U bent meegetrokken met een groep vluchtelingen 
                Als een beschermende wolk in de dag, 
                En als een zuil van vuur in de nacht. 
                U hebt met uw licht het dode lichaam van Jezus omhuld. 
                 
                Zegen (+) dit nieuwe vuur,  
                dat voor ons uit zal schijnen op de weg die wij hebben te gaan. 
                van duisternis naar licht, van angst en eenzaamheid naar leven 
                in verbondenheid. 
                Maak in ons het verlangen wakker om nieuwe mensen te worden 
                Die herboren zijn in Jezus, uw toekomst-mens, licht dat ons aanstoot. 
             
             Doorgeven van het licht 
              3 x zingen: "Licht van Christus  Heer wij danken U". 
            Paasboodschap: Marcus 16, 1 
              - 9 
              Hymne aan het licht 365: Lied dat ons aantstoot in de morgen" 
              Kaarsjes worden rond de paaskaars gezet 
            
            Homilie 
            
               
                |  
                   Ze gingen naar buiten 
                    en vluchtten bij het graf vandaan, want ze waren bevangen 
                    door angst en schrik. En ze zegden tegen niemand iets. 
                    Zo eindigt het evangelie van Marcus en dit is zijn Paasboodschap. 
                    Enkele vrouwen, die 
                    het graf van Jezus wilden verzorgen, vluchtten trillend van 
                    emotie en gegrepen door de overrompelende nabijheid van het 
                    heilige weg van de plek. Ze waren gegrepen door het wonder 
                    waarvoor woorden tekort schieten en enkel nog de sprakeloze 
                    stilte rest waar ze in binnentraden. Dit is het oudste en 
                    meest aangrijpend getuigenis van wat de eerste christenen 
                    hebben meegemaakt. De oudste en eerste ervaring van de verrijzenis 
                    is er een van woordeloze nabijheid, van intreden in een oord 
                    van stilte.  
                 | 
                  | 
               
             
            Voor velen, die 
              vandaag worstelen met dit gegeven van de verrijzenis en zich daarbij 
              terecht allerlei bedenkingen maken, is dit verhaal misschien een 
              waardevolle weg. Want de voorstellingen, die na het getuigenis van 
              Markus komen, roepen dikwijls meer vragen op dan ze antwoorden geven. 
              Dat men de verrezen Heer heeft gezien en Hij nog de wonden van zijn 
              lijden in zijn lichaam meedroeg, dat ze Hem herkenden en toch ook 
              niet, dat ook wij zoals Hij zullen opstaan in een nieuw verheerlijkt 
              lichaam, dat alles doet velen de wenkbrauwen fronsen en creëert 
              een kritische afstand.  
              Dit oudste getuigenis is daarom beter aangepast aan onze hedendaagse 
              geest. Want opnieuw ontdekken we beetje bij beetje hoe belangrijk 
              stilte kan zijn. Hoe je, omhuld door een mantel van zwijgende stilte, 
              soms een spreken verneemt dat meestal zwijgt en naar de achtergrond 
              wordt geduwd, een woordeloos spreken als een geschenk van wat we 
              zelf niet kunnen bedenken. Als de ziele luistert, spreekt 
              het al een taal dat leeft dichtte Gezelle.  
               
              Er heeft zich in het Westen een evolutie voorgedaan waardoor we 
              aan de uitleg, de verklaring, het zekere weten zijn gaan twijfelen. 
              De theoloog en de pastoor op de preekstoel wisten precies wie God 
              was, waar je Hem kon ontmoeten, hoe Jezus als goddelijke persoon 
              door de dood niet kon getroffen worden en dus noodzakelijk moest 
              opstaan, enz. Er is veel veranderd waardoor men is gaan beseffen 
              dat alle belangrijke aspecten van ons leven ontglippen aan onze 
              zekere, rationele kennis. In de spiritualiteit groeide opnieuw gevoel 
              voor een traditie, die belijdt dat alle belangrijke betekenissen 
              voorbij rede en redelijkheid liggen. Sterker nog: wil je weer gevoel 
              krijgen voor die andere wereld, moet je leren je te ontdoen van 
              allerlei drukte (de dagelijkse stress), maar ook van allerlei aangeleerde 
              voorstellingen en van elke vorm van beheersend denken. We 
              moeten God omwille van God leren loslaten schreef Meister 
              Eckhart. 
               
              Dat overkwam de vrouwen bij het graf. Plots, als in een flits, ervoeren 
              ze iets dat ze in de dagelijkse omgang met Jezus niet hadden beseft. 
              Staande bij zijn graf voelde ze de kracht, die zijn leven had beheerst. 
              Diezelfde kracht, die ook nu over hen kwam en een vermoeden gaf 
              van het Andere, het goddelijke leven. Ontdaan en verstomd keerden 
              ze met dat gevoel terug naar huis. 
               
              Elke keer dat mensen diezelfde stap zetten en zich onderdompelend 
              in de stilte door die Ander laten overvallen, treden ze binnen in 
              de wereld van de verrijzenis. Verrijzenis is niet iets dat enkel 
              gereserveerd is voor na de dood. Het gebeurt hier en nu telkens 
              we ervaren hoe het Andere, het Heilige zich geeft in ons alledaagse 
              leven. Voor mij is daarom verrijzenis en leven na de dood een gegeven 
              dat elke dag bij ons kan zijn als een perspectief of openheid voor 
              het Licht en de Onnoembare.  
            
            Hernieuwing van de doopbelofte 
             
              Broeders en zusters, 
                reeds voor onze geboorte en ook later  
                werden wij opgenomen in een verhaal van liefde tussen mensen. 
                 
                Zij hielpen ons open te komen voor deze wereld en  
                voor het Geheim dat alles draagt.  
                Door hun gezicht gingen wij zoeken naar Gods aangezicht.  
                In deze nacht worden wij uitgenodigd persoonlijk te kiezen  
                voor deze God voor de boodschap van Jezus, zijn geliefde Zoon. 
                Daarom vraag ik u: 
             
             Ben je bereid je te verzetten 
              tegen alles wat Gods schepping verduistert, tegen het onrecht in 
              deze wereld. Ben je bereid om met al je talenten te bouwen aan deze 
              aarde tot ze een tuin van vrede en geluk zal zijn. 
              Allen: JA, DAT BELOVEN WIJ 
               
              Kun je geloven dat boven alle onrecht, lijden en dood een levensstroom 
              van goedheid ons wil dragen, dat er een gemeenschap is rond de verrezen 
              Heer die gestalte wil geven aan Gods zorg om de mens? 
              Allen: JA, DAT GELOVEN WIJ 
               
              Ben je bereid je leven te delen, het prijs te geven, opdat de meest 
              kwetsbaren een ereplaats krijgen? Ben je bereid om niet als heerser 
              maar als een behoeder Gods schepping tot voltooiing te brengen? 
              Allen: JA, DAT WILLEN WIJ 
               
              Geloof je in Jezus als Gods dienaar en veelgeliefde zoon, geloof 
              je dat Hij voor ons kan zijn: weg, waarheid en leven? 
              Allen: JA, DAT GELOVEN WIJ EN DAARIN WILLEN WIJ ELKAAR BEMOEDIGEN, 
              OPDAT WE ZOUDEN LEVEN ZOALS HIJ. DAT ZIJN GEEST ONS MAG BEZIELEN 
              EN VOEREN IN GODS HERSCHEPPENDE GROND. 
            Iedereen komt naar voor om zich 
              te tekenen met het water van de doop.  
            Tijdens het grote dankgebed 
              119: "Heel het duister" 
              Na de communie lied nr. 369: "Als een levende" 
            
            Licht 
             
              Licht ontloken aan het donker 
                Licht, gebroken uit de steen 
                Licht, waarachtig levensteken 
                Werp uw waarheid om ons heen 
                 
                Licht, geschapen, uitgesproken, 
                Licht, dat straalt van Gods gelaat, 
                Licht uit Licht, uit God geboren, 
                Groet ons als de dagenraad 
                 
                Licht, aan liefde aangestoken 
                Licht dat door het donker brandt 
                Licht, jij lieve lentebode 
                Zet de nacht in vuur en vlam 
                 
                Licht verschenen uit de hoge 
                Licht gedompeld in de dood 
                Licht onstuitbaar, niet te doven 
                Zegen ons met morgenrood    (S. de Vries) 
             
             |