27 februari 2022: 8e zondag (2022) 
                    
                    Wijze Woorden (Lc 6,
                      39-45)
                    Lisette
                          Monard 
                           
                         
                        Begroeting 
                     Openingslied
                          568:  (tekst: H. Jongerius/ muziek: F.J.
                          Thrupp)  
                       
                    Wij zoeken U als wij samenkomen  
                      hopen dat Gij aanwezig zijt, 
                      hopen dat het er eens van zal komen:  
                      mensen in vrede vandaag en altijd.  
                       
                      Wij horen U in oude woorden, 
                      hopen dat wij uw stem verstaan, 
                      hopen dat zij voor ons gaan verwoorden  
                      waarheid en leven, de bron van bestaan.  
                       
                      Wij vragen U om behoud en zegen, 
                      hopen dat Gij ons bidden hoort, 
                      hopen dat Gij ons adem zult geven:  
                      geestkracht die mensen tot vrede bekoort.
                     
                         
                        Inleiding  
                       
                    
                        Wij horen u in oude woorden, hopen dat wij uw
                        stem verstaan. 
                       
                    De
                        lezingen van vandaag, deze 8e zondag in het
                        jaar, hebben als rode draad: wijze oude woorden.
                         
                       
                    
                        De eerste lezing komt uit het boek ‘De wijsheid
                        van Jezus Sirach’. Sirach zou zijn boek
                        geschreven hebben rond 200 voor Christus en dit
                        boek behoort tot de zogenaamde Bijbelse
                        wijsheidsliteratuur. De wijsheid van Jesus
                        Sirach bevat praktische en morele regels en
                        aansporingen voor een verantwoord leven.  
                       
                    
                        In het evangelie rapporteert Lucas wijze woorden
                        van Jezus. Lucas schreef zijn evangelie tussen
                        de jaren 80 en 100 na Christus, meer dan 50 jaar
                        na het leven van Jezus. Het is ook weer een
                        fragment uit de vlakterede. Vorige zondag kregen
                        we uit die vlakterede vrij confronterende
                        oproepen te horen van Jezus, terwijl ik in het
                        evangelie van vandaag eerder goede raad lees,
                        een boodschap voor meer sociaal bewogenheid.  
                       
                    
                        In beide lezingen zijn het inderdaad oude wijze
                        woorden opgetekend zo’n twee duizend jaar
                        geleden. En dat brengt me bij het onderwerp van
                        de Agora, die we op 10 januari hielden op
                        initiatief van Marcel. Ter herinnering: Marcel
                        kaartte aan dat hij vaak te horen krijgt: waarom
                        moet die Blijde Boodschap toch verhuld worden in
                        van die antieke beelden en verhalen die een
                        gewone mens niet meer begrijpt en ook niets meer
                        zeggen? Marcel merkte op dat het niet voor de
                        hand liggend is de diepere boodschap te
                        verwoorden, met dezelfde diepgang en dezelfde
                        aanspreekbaarheid.  
                       
                    
                        Nu is het mooie en verrassende in de lezingen
                        van vandaag met toch een zekere ouderdom, dat
                        aangebrachte uitspraken en beelden ons in deze
                        tijd helemaal niet zo vreemd voorkomen en met de
                        meeste zijn we bovendien vertrouwd.  
                         
                        Eerste lezing:
                          Uit het boek ‘de wijsheid van Sirach’ 27, 4 -7
                           
                           
                         Tussenzang: Psalm
                          92 : Een lied voor de sabbat.  
                           
                        Het is goed de HEER te loven, uw naam 
                        te bezingen, Allerhoogste, in de 
                        morgen te getuigen van uw liefde en in 
                        de nacht van uw trouw, 
                         
                        bij de klank van de tiensnarige harp en 
                        bij het ruisend spel op de lier. 
                        U verheugt mij, HEER, met uw daden, ik 
                        juich om wat uw hand verricht. 
                         
                        Hoe groot zijn uw daden, HEER, hoe 
                        peilloos diep uw gedachten. Het 
                        dringt tot de dommen niet door en 
                        dwazen kunnen het niet vatten: 
                         
                        dat de wettelozen als onkruid gedijen en 
                        de onrechtvaardigen bloeien alleen om te 
                        worden verdelgd, voor altijd. 
                         
                        U, HEER, bent eeuwig verheven, maar 
                        uw vijanden, HEER, uw vijanden gaan te 
                        gronde en wie onrecht doen, worden 
                        verstrooid. 
                         
                        U geeft mij de kracht van een wilde stier, met 
                        pure olie ben ik overgoten. Mijn oog ziet op 
                        mijn aanvallers neer, mijn oor hoort de 
                        angstkreet van mijn belagers. 
                         
                        De rechtvaardigen groeien op als een palm, als 
                        een ceder van de Libanon rijzen zij omhoog. Ze 
                        staan geplant in het huis van de HEER, in de 
                        voorhoven van onze God groeien zij op. 
                         
                        Zij dragen nog vrucht als ze oud zijn en 
                        blijven krachtig en fris. 
                        Zo getuigen zij dat de HEER recht doet, mijn 
                        rots, in wie geen onrecht is. 
                         
                       
                     Evangelie: Lucas 6,
                          39-45  
                           
                         Homilie  
                       
                    Ik
                        wil graag deze homilie starten met een verhaal
                        “De drie zeven van Socrates”. 
                          Socrates, de Griekse wijsgeer, liep eens door
                          de straten van Athene. Plotseling komt een man
                          opgewonden naar hem toe. “Socrates! Ik moet je
                          iets vertellen over je vriend die…”. 
                           “wacht eens even”, onderbreekt Socrates
                          hem. “Voordat je verder gaat. Heb je het
                          verhaal dat je mij wilt vertellen gezeefd door
                          de drie zeven?” 
                          “De drie zeven? Welke drie zeven”, vraagt de
                          man verbaasd. 
                          “Laten we het proberen”, stelt Socrates voor.
                          “De eerste zeef is de zeef van de waarheid.
                          Heb je onderzocht of het waar is wat je mij
                          vertellen wilt?” 
                          “Nee, ik hoorde het vertellen en…” 
                          “Ah juist! Dan is het toch zeker wel door de
                          tweede zeef gegaan? De zeef van het goede? Is
                          het iets goeds wat je over mijn vriend wilt
                          vertellen?” 
                          Aarzelend antwoordt de man: “Eh nee, dat niet.
                          Integendeel…” 
                          “Hm”, zegt de wijsgeer. “Laten we dan de derde
                          zeef gebruiken. Is het noodzakelijk om mij te
                          vertellen wat jou zo opwindt?” 
                          “Nee, niet direct noodzakelijk”, antwoordde de
                          man. 
                          “Welnu”, zegt Socrates glimlachend. “Als het
                          verhaal dat je vertellen wilt, niet waar is,
                          niet goed is en niet noodzakelijk is, dan wil
                          ik het liever niet weten. Ik raad je zelfs aan
                          het te vergeten.” 
                           
                         Jezus Sirach zegt het directer: “Als je
                        een zeef schudt komt er afval tevoorschijn, als
                        een mens spreekt komt de drek van zijn gedachten
                        naar boven.”  
                       
                    
                        We leven in een tijd, waarin we overstelpt
                        worden door heel veel communicatie via allerlei
                        kanalen: kranten, tv, sociale media, ... Door de
                        bomen zien we het bos niet meer. Ooit zei de
                        Italiaanse schrijver Umberto Ecco bij de opkomst
                        van het internet dat de overvloed aan informatie
                        een vorm van censuur is, een individuele mens
                        kan het niet allemaal meer behappen. De goede
                        raad van Sirach zou ik naar nu vertalen als:
                        laat ons vooral die overvloed aan informatie die
                        ons overspoelt, steeds met een kritische blik
                        bekijken, aftoetsen van waar de info komt, het
                        niet allemaal zomaar aannemen en zeker niet
                        mensen op basis hiervan een label geven. De drie
                        zeven kunnen hierbij van nut zijn.  
                       
                    
                        Sirach zegt ook “Prijs een mens niet vóór je
                        zijn overwegingen gehoord hebt, want daaraan
                        wordt een mens getoetst.” Voor mij is dit een
                        aansporing om vooral te luisteren naar onze
                        medemensen en niet direct klaar te staan met een
                        oordeel of zelfs veroordeling. Luisteren naar
                        wat mensen beweegt, aandacht hebben voor hun
                        verhaal en oppassen voor het poneren van
                        stellingen die mensen, getekend door hun
                        levenservaringen en omstandigheden, kunnen
                        kwetsen, kortom respect hebben voor iedereen.  
                       
                    
                        De wijze woorden van Jezus, uit het Lucas
                        Evangelie, zijn zonder meer nog steeds zeer
                        relevant voor onze moderne samenleving.  
                       
                    
                        Een aantal zijn gemeengoed geworden in ons
                        taalgebruik: zoals de splinter in het oog van je
                        broeder of zuster zien, terwijl je de balk in je
                        eigen oog niet opmerkt, of nog: waar het hart
                        vol van is daar loopt de mond van over, ... . De
                        uitspraak: ‘Kan de ene blinde de andere blinde
                        leiden? Vallen ze dan niet beiden in een kuil? “
                        kennen we natuurlijk van het treffende tafereel
                        op het schilderij van Breugel:  
                       
                    
                        Bij de stelling “Een leerling staat niet boven
                        zijn leermeester; pas als iemand zich alles
                        heeft eigen gemaakt, zal hij de gelijke zijn van
                        zijn leermeester”, daarbij wees Marcel in zijn
                        homilie in de viering van 3 maart 2019, erop dat
                        de leermeester die hier bedoeld wordt, Jezus is.
                        Voor de leerlingen moet Jezus blijvend als
                        voorbeeld gelden, de leerlingen moeten zich daar
                        niet boven voelen staan. Vanuit die achtergrond
                        worden de andere raadgevingen concreter. Al deze
                        spreuken zijn niet bedoeld voor de anderen, maar
                        raken ieder van ons die volgeling wil worden,
                        aldus Marcel.  
                       
                    
                        Jezus waarschuwt ons dat we best eerst naar ons
                        zelf kijken, naar de balk in onze ogen,
                        vooraleer we de andere met de splinter
                        bekritiseren. Het is immers zo gemakkelijk zich
                        te ergeren aan fouten van andere mensen en zo
                        moeilijk om eigen fouten te erkennen.  
                         
                        We moeten in ons eigen hart durven kijken en op
                        zoek gaan naar de goede schat, het mooie. Mensen
                        zijn niet volmaakt, en het vraag van ons wel
                        inspanning om het kwade, het boze in ons, te
                        onderdrukken. Daarvoor kunnen we kracht putten
                        in de verbondenheid met Jezus, de wijnstok
                        waarop wij, mensen, als ranken geënt zijn, de
                        wijnstok die levenskracht geeft, waardoor we
                        rijke vruchten kunnen dragen.  
                       
                    
                        Geïnspireerd door de blijde boodschap, moeten we
                        blijven inzetten op het zoeken naar het goede,
                        zowel bij ons zelf als bij alle medemensen, om
                        niet te oordelen en niet te veroordelen.  
                       
                    Marcel,
                        die mijn eerste versie van de homilie nalas, gaf
                        als commentaar dat hij met de vraag bleef
                        zitten: waarom beginnen mensen zich te ergeren?
                        Wat is de bron daarvan en waarom ziet men te
                        weinig het mooie en goede dat er leeft? Marcel
                        verwees naar wat Augustinus ergens in een preek
                        schreef: als men het oog verliest op wat
                        essentieel is, begint men de kleine kanten meer
                        te zien en zich eraan te ergeren. Als men dus
                        het contact verliest met het blijde of
                        bevrijdende van de boodschap die Jezus bracht,
                        krijgt men meer oog voor splinters.  
                    Veel
                        mensen van alle leeftijden hebben het moeilijk
                        in deze bijzondere tijden met veel deprimerend
                        nieuws, we hoeven de krant maar open te slaan:
                        de vreselijke oorlog in Oekraïne, de pandemie
                        die maar traag bedwongen wordt, de
                        corona-beperkingen, de record-inflatie, de hoge
                        energieprijzen, de schandalen rond
                        grensoverschrijdend gedrag, de kinderdrama’s, de
                        klimaatcatastrofes, ... Het is nu des te
                        belangrijk om oog te hebben voor de zorgen van
                        de mensen om ons heen en, soms met kleine
                        gebaren, er te zijn voor onze naasten.  
                       
                    
                        Laat mij deze homilie afsluiten met een sterke
                        boodschap uit de apocalyps “zie , Ik maak alles
                        nieuw”. Want hoe duister de wereld rondom ook
                        is, Hij zal steeds het Nieuwe scheppen in het
                        leven van een mens, want Hij houdt van
                        verrassingen.  
                       
                    
                        En kijk, gelukkig zijn de donkere winterdagen
                        bijna voorbij, de lente staat voor de deur. De
                        natuur ontwaakt. Het blijft elk jaar een wonder.
                        Ik word elke keer weer blij als ik de eerste
                        sneeuwklokjes en krokussen zie open bloeien. Zo
                        hoopvol! Laat ons de Heer danken voor de
                        schoonheid van de natuur .  
                         
                       
                     Lied: Irish
                          Blessing (J. Moore)  
                       
                    May
                        the road rise to meet you  
                        May the wind be always at your back
                              
                        May the sun shine warm upon your face The rains
                        fall soft upon your fields  
                        And until we meet again, until we meet again  
                        May God hold you in the palm of his hand  
                        And until we meet again, until we meet again  
                        May God hold you in the palm of his hand  
                          
                        May the sun make your days bright  
                        May the stars illuminate your nights  
                        May the flowers bloom along your path  
                        Your house stand firm against the storm  
                          
                        And until we meet again, until we meet again  
                        May God hold you in the palm of his hand  
                        And until we meet again, until we meet again  
                        May God hold you in the palm of his hand  
                         
                         
                        Vrije voorbeden 
                    Wereldgebed 
                    Onze Vader 
                    Lied: Jesus bleibet
                          meine Freude - JS Bach 
                    Om te eindigen: Wat
                          zijn de goede vruchten  (Zingt Jubilate
                          431) 
                    Wat
                        zijn de goede vruchten,    
                        De liefde en de vreugde,  
                        de vrede allermeest,  
                        geduld om te verdragen  
                        en goedertierenheid,  
                        geloof om veel te vragen,  
                        te vragen honderd uit;  
                          
                        geloof om veel te geven,  
                        te geven honderd in,  
                        wij zullen leren leven  
                        van de verwondering:  
                        dit leven, deze aarde,  
                        de adem in en uit,  
                        het is van Gods genade  
                        en zijn lankmoedigheid.  
                          
                        En wie zijn ziel niet prijsgeeft  
                        maar vasthoudt tot het eind,  
                        wie zijn bestaan niet kruisigt,  
                        hoezeer hij levend schijnt,  
                        hij gaat voorgoed verloren,  
                        het leven dat hij koos 
                         is tevergeefs geboren  
                        en eindigt vruchteloos.  
                          
                        Maar wie zich door de hemel  
                        laat helpen uit de droom,  
                        die vindt de boom des levens,  
                        de Messiaanse boom  
                        en als hij zich laat enten  
                        hier in dit aardse dal,  
                        dan rijpt hij in de lente  
                        tot hij vrucht dragen zal.  
                         
                          
                        Zegen
                          van Marcel  
                         
                    Dankwoord  
                         
                    Aankondigingen  
                         
                   |